In de wijk Vossenberg in het buitengebied van Gilze lag al in 1733 een boerderij-herberg van Andries Timmermans. Later, zo rond 1839, werd die de Rustende jager genoemd. Door de wijk Vossenberg liepen nogal wat zandwegen; naar Tilburg, naar Alphen, naar Antwerpen en naar Den Bosch. Er kwamen dus nogal wat boeren met paard en wagen langs. Tot 1850 ging deze herberg steeds over naar een lid van de familie Timmermans. Daarna werd Cornelis Botermans de eigenaar. Vanaf 1882 schonk hij alleen nog maar zwak-alcoholische dranken. De door de Drankwet verplicht gestelde vergunning voor sterke drank had hij niet aangevraagd. De Rustende jager werd vanaf toen een ‘bierhuis’. Johannes Botermans, de zoon van Cornelis, zette de herberg van 1894 tot 1914 voort. Maar daarna kocht landbouwer Gerard van Hoek het pand en liet het afbreken om er een modern landbouwbedrijf voor terug te zetten.