In de tweede helft van de 18e eeuw deed Baron Van der Borch veel aan ontginningen op zijn landgoed Valkenberg, dat in de zuidwestelijke uitloper van de gemeente Gilze en Rijen ligt.
Van der Borch plantte veel bos aan en ook breidde hij de hoeveelheid akkerland uit. Er was niet genoeg mest, maar hij liet schuiten met straatmest uit Holland komen. In een beschrijving van het landgoed
geeft Van der Borch nog allerlei bijzonderheden over ontginningsactiviteiten, de aanleg van bossen en dergelijke.
Het verslag van zijn werkzaamheden begint aldus 'Toen de Hr. B. van der Borch omtrent den jare 1772 de Hoeven van Valkenberg onder Gilze, Lande van Breda, en één en een half uur van de stad gelegen, acquireerde, vond hij aldaar twee zeer vervallen Hei-Hoeven, en een huis aan deselve annex, waarvan de vier muren zelfs niet konden blijven staan'.
Hij bouwde er een herenhuis onder een mansardedak, met elf kamers, personeelsvertrekken, een ruime keuken, een koetshuis en een paardenstal. Hij trok er vijfduizend gulden voor uit. Hij gebruikte er onder andere het hout van dennen uit het bos voor. Sinds 1796 wordt het huis Valkenberg permanent bewoond. Het werd regelmatig gerenoveerd.
Het landgoed telt nu 220 hectaren. Het bestond al in de veertiende eeuw. Bij de gemeentelijke indeling van 1826 kwam Valkenberg binnen de 'natuurlijke grenzen' van Gilze te vallen. Het herenhuis werd steeds goed onderhouden, maar andere opstallen raakten in verval en werden in 2000 gesloopt.
Het landgoed zelf werd in 1963 opengesteld voor het publiek, met uitzondering van de gebouwen. In 1995 kwam Landgoed Valkenberg op de lijst van Rijksmonumenten te staan.