Als gevolg van hagelbuien mislukten in 1672 de oogsten in Gilze en Rijen. Er was groot gebrek aan rogge en veel armoede. De inwoners moesten rogge kopen of zich behelpen met brood, gebakken van tarwezemelen en paardenbonen. In april van datzelfde jaar kreeg de bevolking van Rijen bovendien brandstichtingen door Franse militairen te verduren; veel boerderijtjes en bedoeningen brandden af.
Ook in 1696 waren er weer brandstichtingen en dan vooral op de weg van Rijen naar Dongen.
De armoede maakte dat veel mannen naar Holland en Zeeland vertrokken om daar aan de dijken te werken en op die manier de kost te verdienen.