In de beginjaren van de oorlog was de Engelse luchtmacht nog niet sterk genoeg om het vliegveld zwaar aan te vallen. In plaats van grote bombardementen voerden de Engelsen zogenaamde Intruder-aanvallen uit op de vliegbasis. Dit hield in dat nachtjagers en lichte bommenwerpers 's nachts urenlang boven het vliegveld cirkelden en in de aanval gingen zodra Duitse vliegtuigen opstegen of landden. Hoewel de materiële schade van deze aanvallen niet groot was, bezorgden ze de Duitsers veel hinder en gaven ze de bezette bevolking moed.