Jacobus Willemen woonde in 1839 in een huis aan de huidige Hoofdstraat in Rijen. Hij was looier en had twee kuipen met een inhoud van driehonderd Nederlandse ponden.
In 1870 kocht hij van de gemeente een oude school aan de Hoofdstraat in Rijen en liet deze verbouwen en inrichten als looierij. In 1882 kwam deze looierij toe aan zijn zoon Franciscus Willemen van Dijk. In 1910 werkten er vier personen, waarvan we mogen aannemen dat dit zijn vier zonen Jac, Janus, Gerrit en Willem waren.
In 1914 kocht Franciscus voor deze vier zonen de kuiplooierij van de familie Schoenmakers. Deze looierij was gebouwd in 1908 en stond achter het woonhuis van wat nu Hoofdstraat 81 is.
De gebroeders Willemen schakelden in 1929 over op vachelooien. Hiervoor breidden ze de gebouwen uit en schaften ze machines aan.
In de oorlogsjaren 1940-1945 lag de productie stil. Na de oorlog trok Janus zich terug als vennoot. De overgebleven broers gingen naast zoolleer ook overleer looien. Zij bouwden een nieuwe fabriek achter de panden Hoofdstraat 103 t/m 109.
In 1955 splitsten ze het bedrijf. De zoollederfabriek kwam aan de zonen van de oudste vennoot Jac. Tot 1977 maakten ze nog zoolleer. Daarna zetten ze een handelsfirma op, die in 1980 stopte. Het gebouw werd verkocht aan Lederfabriek Libo, van H. Coremans.